Question 1
Question
aaien → Wout heeft [blank_start]geaaid[blank_end]
Question 2
Question
bouwen → Jack heeft [blank_start]gebouwd[blank_end]
Question 3
Question
fietsen → Lotte heeft [blank_start]gefietst[blank_end]
Question 4
Question
koken → Papa heeft [blank_start]gekookt[blank_end]
Question 5
Question
leven → Anna heeft [blank_start]geleefd[blank_end]
Question 6
Question
ontdekken → Sascha heeft [blank_start]ontdekt[blank_end]
Question 7
Question
poetsen → Daan heeft [blank_start]gepoetst[blank_end]
Question 8
Question
sporten → Mama heeft [blank_start]gesport[blank_end]
Question 9
Question
stofzuigen → Mike heeft [blank_start]gestofzuigd[blank_end]
Question 10
Question
werken → Willem heeft [blank_start]gewerkt[blank_end]
Question 11
Question
wonen → Katrien heeft [blank_start]gewoond[blank_end]
Question 12
Question
verzorgen → Nina heeft [blank_start]verzorgd[blank_end]
Question 13
Question
printen → Leen heeft [blank_start]geprint[blank_end]
Question 14
Question
verven → Mama heeft [blank_start]geverfd[blank_end]
Question 15
Question
vragen → Silke heeft [blank_start]gevraagd[blank_end]
Question 16
Question
winkelen → Stijn heeft [blank_start]gewinkeld[blank_end]
Question 17
Question
wandelen → Camille heeft [blank_start]gewandeld[blank_end]
Question 18
Question
tekenen → Iris heeft [blank_start]getekend[blank_end]
Question 19
Question
maken → Chloë heeft [blank_start]gemaakt[blank_end]
Question 20
Question
schudden → Koen heeft [blank_start]geschud[blank_end]
Question 21
Question
redden → Zoë heeft [blank_start]gered[blank_end]
Question 22
Question
vissen → Frank heeft [blank_start]gevist[blank_end]
Question 23
Question
kussen → Leila heeft [blank_start]gekust[blank_end]
Question 24
Question
draaien → Sander heeft [blank_start]gedraaid[blank_end]
Question 25
Question
uitleggen → Dorien heeft [blank_start]uitgelegd[blank_end]
Question 26
Question
zich voorstellen → Frank heeft zich [blank_start]voorgesteld[blank_end]
Question 27
Question
downloaden → Jana heeft [blank_start]gedownload[blank_end]
Question 28
Question
doorschakelen → André heeft [blank_start]doorgeschakeld[blank_end]
Question 29
Question
tuinieren → Silke heeft [blank_start]getuinierd[blank_end]
Question 30
Question
proeven → Tante heeft [blank_start]geproefd[blank_end]
Question 31
Question
stoken → Femke heeft [blank_start]gestookt[blank_end]
Question 32
Question
wagen → Daniël heeft [blank_start]gewaagd[blank_end]
Question 33
Question
richten → Kaat heeft [blank_start]gericht[blank_end]
Question 34
Question
berekenen → Lucia heeft [blank_start]berekend[blank_end]
Question 35
Question
ondertekenen → de advocaat heeft [blank_start]ondertekend[blank_end]
Question 36
Question
wachten → Linda heeft [blank_start]gewacht[blank_end]